Tot 2016 moest je als ZZP’er minimaal 3 verschillende opdrachtgevers hebben om voor de Belastingdienst als zelfstandig ondernemer te worden aangemerkt. Dat hoeft tegenwoordig niet meer. Tegenwoordig is 1 opdrachtgever ook al voldoende. Wel moet hierbij aan een aantal voorwaarden worden voldaan, anders is er mogelijk sprake van schijnzelfstandigheid. Het belangrijkste is dat er geen gezagsverhouding is tussen de zzp’er en de opdrachtgever. De zzp’er kan zijn/haar eigen invulling geven voor het werk dat gedaan moet worden. Ook mag een zzp’er derde partijen inhuren om het werk gedaan te krijgen. Zolang de gewenste arbeid maar verricht wordt. Daarnaast kan een zzp’er eigen materialen hebben, en hoeft diegene niet altijd op locatie van de opdrachtgever te werken.
Wat zijn voor de belastingdienst signalen dat er mogelijk sprake is van schijnzelfstandigheid:
Waarom is de Belastingdienst hier steeds vaker scherper op?
Als er sprake is van ondernemerschap dan hoeft de opdrachtgever geen loonbelasting en premies volksverzekeringen af te dragen en heeft de zzp’er recht op allerlei ondernemersaftrekposten, waarvan de grootste de zelfstandigenaftrek is. Als iemand onterecht als ondernemer inkomstenbelastingen betaalt dan mist de Belastingdienst veel belastinginkomsten door de voordelen die de ondernemer heeft (hij betaalt wel omzetbelasting, maar minder inkomstenbelasting), maar ook doordat de opdrachtgever geen loonbelasting en werknemersverzekeringen betaalt.
Op de site van de Belastingdienst kun je een check doen om te kijken of je zzp’er bent voor de belastingdienst.